Wanneer Johan, Berthold van Damburg en Erik van Ravensteen van de mysterieuze troubadour gevangen genomen hebben, moeten ze vlug verder trekken.  Ze weten immers niet of hij handlangers in de buurt heeft.  's Ochtends bemerken ze tussen de opklarende nevelen de torens van een burcht.

Na een gevecht met rondtrekkende Magyaren en een roedel wolven wordt Johan op het nippertje gered door de graaf von Sebald die hem naar zijn kasteel brengt.  Johan komt er achter dat de graaf achter de geheimzinninge Zilveren Adelaar zit en dat hij zijn twee strijdmakkers in de kerkers gevangen houdt.  Wanneer Johan zijn vrienden bevrijdt, de Magyaren het kasteel binnendringen en de soldaten van Sebald de burcht willen verdedigen, komt het tot een treffen tussen de drie kampen.

 

In het heetst van de strijd schiet het kasteel in vuur en vlam.  Na de gravin, die eveneens door haar echtgenote werd opgesloten, te hebben bevrijd ontsnappen Johan en zijn twee makkers aan de vlammenzee.  Het kasteel brandt volledig uit.