Terwijl ze het eerste Zandspook geregeld in de woestijn losliet, hield de koningin van Sjeba haar tweede afschuwelijke creatie in gevangenschap in de kelders van haar paleis. Het beestje voedde zich met mensenlichamen en de koningin maakte er een gewoonte van om een haar vertrouwelingen aan een selectieproef bij het monster te onderwerpen. Tijdens zo’n proef werd Johan door het monster aangevallen. Toen het Zandspook zich tegoed wou doen aan Gareth, de lieveling van de koningin, kon Johan de toestand niet aanzien. Hoewel de man de Rode Ridder naar het leven stond, wenste Johan geen mens dergelijk lot toe en leidde de aandacht van de gedrocht af. Gareths leven was gered, maar dit Zandspook zag een maaltijd aan zijn neus voorbij gaan…
Een tijd later voelde het Zandspook aan dat zijn meesteres in gevaar verkeerde en brak uit. Na een deel van het paleis verwoest te hebben, vloog het vrij rond in de gigantische spelonk waarin de restanten van het rijk Sjeba stonden.
Intussen was de grot echter ontdekt door de Tempeliers die na hun schietoefeningen op het eerste Zandspook de smaak te pakken kregen. Deze tweede schietschijf bleek echter veel moeilijker te raken. Behendig ontweek het monster de kogels uit de Tempeliers geheime wapen. De projectielen sloegen echter in het bovenhangende rotsfirmament en de bovenkant van de grot viel naar beneden. Het Zandspook kon niet meer uit de stenenregen ontsnappen en werd bedolven onder het neervallende puin...