Wanneer blijkt dat er een verrader in de burcht is neemt Gawain een drastische beslissing: hij stuurt alle personeel uit het kasteel en rekent louter op de sterkte van de ridders die hem ter hulp snelden. De Kapitein van de wacht is hier ten zeerste verbolgen over. Eén van de ridders kan immers evengoed de indringer zijn. Wanneer Kunar hem aanmaant om zijn woorden te letten, vraagt hij Kunar echter om een verklaring om wat hij 's morgens in de kamer van Hilde uitvoerde.
Even lijkt het tot een gevecht tussen beide heren te komen. Een tussenkomst van de Rode Ridder weet dit echter te vermijden.