Tijdens het steekspel in het Rijnland hebben Johan, Berthold van Damburg en Erik van Ravensteen op overtuigende wijze een plaats in de finale veroverd.  De kampleider kondigt echter aan dat de reeds aangeduide kampioenen nog mogen uitgedaagd worden voor de eindzege zal worden betwist.  Het drietal meent dat hun vorig optreden wel alle rivalen zal ontmoedigd hebben.  Groot is de verwondering dan ook wanneer Berthold wordt uitgedaagd.

 

Door de uitzonderlijk jonge leeftijd van zijn uitdager, Wilfried, weigert Berthold de uitdaging aan te nemen.  Uiteindelijk wordt het dispuut aan de kampleider voorgelegd.  Hij stelt Berthold in het gelijk en verbiedt Wilfried te strijden.  Hij staat echter wel toe dat zijn twee oudere metgezellen het blazoen van de Zilveren Adelaar verdedigen.

Bertholds tegenstander raakt echter verwond in de schouder dat de kampleider besluit het gevecht stil te leggen, zodat de wonde kan verzorgd worden.  Wanneer Erik, die het zou opnemen tegen Wilfrieds tweede metgezel, zijn tegenstander uit het zadel ziet vallen, wordt duidelijk dat er bedrog gepleegd werd.  Wilfried nam het tweemaal zelf op en heeft de kamp niet overleeft.

De kampleider openbaart het resultaat van de lijkschouwing.  Berthold noch Erik brachten hem de dodelijke stoot toe, maar de knaap stierf aan het gezamenlijke bloedverlies van alle verwondingen.  Door het dramatische verlies besluit hij het toernooi te staken.