Dit heerschap bezit een streek in Zuid-Frankrijk. Als geen andere zijn de naburige Katharen, die het vergaren van macht en rijkdom, een doorn in het oog en samen met de inquisitie vervolgt hij hen tot ketters. De man gaat gaat zelfs zo ver dat hij onschuldige, maar begoede mensen beschuldigt en ter dood veroordeeld om hun bezittingen te kunnen innemen. Wanneer hij ook Guido en Gianni gevangen neemt, omdat ze een gevonden schat niet op tijd aan hem zouden gemelden hebben, besluit Johan het proces van het tweetal bij te wonen. Het is hem snel duidelijk dat het slechts een vertoning is.
Met een verloren dolk van de Furiën kan hij zich van de plaatselijke inquisiteur ontdoen en zijn moord in schoenen van de Furiën schuiven. De drie dames worden door hem tot de dood aan de strop veroordeeld. Wanneer ze echter voor hun executie door Johan bevrijd worden, gijzelen ze heer Lagriffe en trekken zich met hem terug in zijn vertrekken. Daar vernielen ze het relikwie dat reeds generaties in het bezit van zijn familie is en zelfs in hun wapenschild is opgenomen.
Wanneer hij uiteindelijk door zijn soldaten wordt bevrijd, komt hij er achter dat de ontsnapte Guido en Gianni hun schat hebben teruggestolen en het goud aan het volk hebben uitgedeeld. Woedend eist hij zijn goud terug en dreigt zelfs de menigte door zijn boogschutters onder vuur te laten nemen als ze één goudstuk achterhouden. Even woedend gooit de menigte het goud terug. Vanuit de massa wordt echter ook een dolk naar hem gegooid, die hem het leven kost.