Algemene informatie

Tekeningen

Scenario

Samenvatting

Tijdens zijn zwerftocht ontmoet Johan drie schildknapen, die op weg zijn naar een toernooi bij de Reigershoeve. Zij stellen zich voor als Kurt, zoon van een verdienstelijk krijgsman, en Erwin en Erik, afkomstig uit een adellijke familie. We leren dat Erwin door zijn angst nog lang zijn riddersporen niet zal verdienen. Tegenlijkertijd verschijnt er een ridder ten tonele die Johan uitdaagt, en hij wint het respect van de schildknapen door de ruziezoekende ridder te verslaan. Het paard van de Rode Ridder blijkt echter gewond te zijn, en de jongens nodigen hem uit om hen te vergezellen naar de reigershoeve.

We ontmoeten Wulf, de hereboer, en Veerle, zijn dochter. De schildknapen laten alle drie hun oog vallen op de mooie dochter, en onderlinge strijd is het gevolg. Johan grijpt in, en stelt voor hun te onderwijzen in het ridderschap. We leren zo de schildknapen beter kennen; Kurt, de dappere, Erwin, de zwakke van de drie, en Erik, die arrogant neerkijkt op iedereen beneden zijn stand. Wederom zijn onderlinge twisten het gevolg.

Na enige tijd wordt er een man ontdekt die al geruime tijd de Reigershoeve in de gaten houdt. De jongens houden die nacht de wacht, om de man op afstand te houden. Kurt ontdekt de bespieder, en zet de achtervolging in, met een gevecht tot gevolg. Erwin snelt te hulp, maar wordt overmand door zijn angst, en doet niets. Als ook Erik ter plaatse komt, kiest de man het hazepad, en de knapen blijven ongedeerd. Kurt is echter kwaad op beiden, voor hun lafheid en arrogantie.

De dag erna ontdekken de hoevebewoners een brand in een nabijgelegen hoeve. Het blijkt Baldur de Plunderaar te zijn die de streek met zijn roversbende onveilig maakt. De verspieder blijkt een van de rovers te zijn geweest, waarop de bewoners concluderen dat de Reigershoeve het volgende doelwit van de roversbende wordt. Vrouwen en kinderen verlaten de hoeve, en de mannen blijven achter om zich te verdedigen. Kurt maakt zich op om mee te vechten, Erik en Erwin vertrekken. Intussen organiseren de Rode Ridder en Wulf de verdedigingswerken van de hoeve.

Veerle verlaat als laatste de hoeve, maar wordt opgemerkt door Baldur de Rover die inmiddels gearriveerd is. Op het moment dat Veerle in gevaar is snelt Erwin haar te hulp, en valt de rovershoofdman aan. Hij valt onder het zwaard van Baldur, maar Veerle haalt het tot terug in de hoeve dankzij ingrijpen van Erwin en Erik. De rovers vluchten na deze gemiste kans. Johan gaat op zoek naar Erwin, en vindt deze zwaar gewond in het gras. Noodgedwongen moeten de drie schildknapen blijven en vechten. Erik wil vriendschap sluiten met Kurt, maar deze vergeeft het hem niet dat hij hun in de steek had willen laten.

De strijd om de hoeve brandt los. Een nachtelijke aanval wordt verijdeld, en de aanval die de dag erop volgt wordt afgeslagen. Een tweede poging brengt de belegeraars echter tot aan de muren. De dag daarna brengen de rovers een stormram naar de poort. Tegenlijkertijd valt Wulf de hereboer door een ongeluk over de muur, maar Erik gaat achter hem aan en verdedigt Wulf. Johan is echter te druk bezig om dit op te merken, en kan niet helpen. Wulf wordt gered, maar Erik sneuvelt tijdens de reddingspoging. De aanval van die dag wordt ook afgeslagen. Maar de Rode Ridder maakt zich zorgen, zij zullen niet langer stand kunnen houden. Ook Baldur ziet het somber in.

De volgende morgen zetten de rovers alles op alles, en weten de poort te rammen. Op het moment dat de rovers de hoeve willen binnendringen, bemerkt Kurt boven op de wallen het gevaar. Hij neemt een ketel met kokende pek, en strooit zijn dodelijke vracht uit over de rovers. Tijdens deze actie wordt hij getroffen door enkele pijlen, en stort dodelijk gewond neer. Hij gaf de Rode Ridder echter de gelegenheid om de rovers te verdrijven, en een uitval te wagen. Johan hakt zich een weg door de vijandelijke gelederen, en komt tegenover Baldur te staan. De lenigheid van Johan wint het uiteindelijk van de kracht van Baldur, en deze wordt gedood. De resterende manschappen slaan hierdoor op de vlucht, en de Reigershoeve heeft het beleg doorstaan.

De doden worden begraven. Johan wil Erwin de gouden sporen geven die een ridder toekomen. Erwin wil deze niet aannemen, en legt deze bij het graf van Erik en Kurt. Eens zal hij terugkeren om ze te halen, als hij waardig is ze te dragen. Niet lang daarna trekt de Rode Ridder verder.

Het tweede album probeert aan de hand van het verhaal meer uitleg te geven over de ridder in de Middeleeuwen. Naast het verhaal van de Reigershoeve wordt er op documentaire-achtige wijze kort uitleg gegeven hoe iemand in vroegere dagen een ridder werd, en wat daar bij kwam kijken. Maar de belangrijkste boodschap die we meekrijgen is dat kenmerken als kracht, krijgskunde en adellijkheid iemand niet vanzelfsprekend tot een ridder maken. Een ware ridder onderscheidt zich als iemand die zijn sporen verdient door het vertonen van nobelheid en ridderlijk gedrag: trouw aan kerk en koning, beschermers van de zwakken en onderdrukten en bestrijders van onrecht. Zoals Johan, de Rode Ridder...

Encyclopedie

Personages

Locaties

Voorwerpen

Andere informatie

Het album verscheen ooit in een aflevering van Wittekerke.