Algemene informatie
Tekeningen
Scenario
Uitgiftejaar
1979
Samenvatting
Als de Rode Ridder tegen de avond in een stad arriveert, wordt hem al snel duidelijk dat de misdaad er hoogtij viert, en wel in zo'n mate dat de waard van de herberg waar Johan zijn intrek neemt over de situatie opmerkt: "het is alsof de duivel ermee gemoeid is!". Zonder het te weten heeft de waard het bij het rechte eind: de misdaadgolf wordt veroorzaakt door de sekte van Toth, een bende schurken die geleid wordt door Darkon (de ingewijde), die een dienaar is van... Bahaal. Merlijn deelt Johan diezelfde nacht in een droom mee dat het Johans bestemming is de strijd met de duistere machten aan te gaan, en kondigt hem de komst van een bondgenoot aan: Morgenster, Fee van de Dageraad. Daarmee is Merlijns rol in dit verhaal uitgespeeld.
Inzet van de strijd tussen Licht en Duisternis is ditmaal het "Oog van Toth", een magisch voorwerp waarmee gedachten op andere mensen kunnen worden overgebracht en demonen kunnen worden opgeroepen. Bahaal wil het oog aanwenden om, zoals altijd, de beschaving te vervangen door chaos. Aan Darkon de taak om het oog voor zijn duistere meester te stelen van de huidige eigenaar en aan Morgenster - Darkons tegenpool en dienares van Galaxa - de taak om dat, samen met Johan, te voorkomen.
De huidige eigenaar van het Oog, de alchimist Zaltar, is blijkbaar onwetend van het feit dat de machten der duisternis op zijn moeizaam verworven bezit uit zijn, want twee personen, meester Garlock (een oud-leerling van Zaltar) en diens assistent Crispijn, zijn naar Zaltar op weg om hem te waarschuwen. Die kans krijgen ze niet. Ze zijn te gast in dezelfde herberg waar ook Johan verblijft en bij een poging ongemerkt de stad uit te komen worden beiden gedood door leden van de sekte van Toth. Johan grijpt in, maar te laat. De stervende Garlock vraagt Johan zijn ring te nemen en in zijn plaats Zaltar te waarschuwen. Op dat moment komt de nachtwacht ter plaatse die in Johan de moordenaar ziet en hem meteen gevangen zet.
Bij het ochtendgloren dient de door Merlijn aangekondigde bondgenoot zich aan; de fee Morgenster, die alle bewakers in slaap doet vallen en Johans boeien verbreekt. Na Morgensters bevrijdingsactie begeven Johan en de fee zich op weg naar de Kristallen Bergen waar Zaltar verblijf houdt. Het is een race tegen de klok want ook Arnak, Darkons loopjongen, is intussen met de sekte van Toth op weg naar de Kristallen Bergen. Onderweg ondervinden Johan en Morgenster de nodige hinder van Darkons duistere kunsten, waar de macht van Morgenster - en de macht van Garlocks ring - gelukkig tegen opgewassen blijken. Zo is Garlocks ring (een talisman waarmee de waterelementen bevolen kunnen worden) in staat een door Darkon geschapen peilloos diep ravijn te dempen met een watervloed. Het vallen van de avond is er de oorzaak van dat Morgenster Johan tijdelijk moet verlaten, en wel tot de volgende ochtend. Zonder verdere hindernissen bereikt Johan als eerste Zaltars verblijfplaats.
Zaltar kent Johans bedoelingen, heet hem welkom, en toont hem het Oog van Toth. Het Oog blijkt nog een andere opmerkelijke eigenschap te hebben: wie erin kijkt ziet zijn ware innerlijk weerspiegeld. Johans uiterlijk en innerlijk komen precies overeen, wat volgens Zaltar betekent dat hebzucht, hoogmoed en huichelarij geen invloed op hem hebben. Opeens verschijnt Darkons gelaat in het Oog en deze gaat een geestelijke strijd met Zaltar aan. Hierdoor is deze niet langer in staat om met zijn "wilskrachtige geest de vijand op een afstand te houden", zoals Johan al snel ondervindt wanneer de sekteleden de grot binnenstormen. Zaltar verliest de strijd, en Johan krijgt geen kans het Oog te vernielen daar Darkons toverstaf - een gifslang die hem door Arnak wordt toegeworpen - hem neervelt: 1-0 voor de machten der duisternis.
Morgenster arriveert de volgende ochtend, en wekt Johan uit zijn dodenslaap door Darkons toverstaf te vernielen en verlaat met hem de Kristallen bergen. Darkon, in gezelschap van alle sekteleden en een glunderende Arnak, laat zijn grondgebied naar de fee en de ridder toekomen. Het Zwarte Moeras, zoals Darkons grondgebied heet, is geen gewoon stuk grond maar een soort schemergebied dat naar Darkons believen vanachter de horizon tevoorschijn kan komen. Weldra zien Johan en Morgenster het Zwarte Moeras naar hen toekomen. Het komt tot een beslissende krachtmeting tussen Darkon en Morgenster, waarbij Johan tot taak heeft de fee te beschermen tegen de sekteleden, zoals Arnak ondervindt als hij door Johans paard vertrapt wordt bij een poging Morgenster in de rug te steken. Johan weet zich staande te houden tegenover zijn tegenstanders en Morgenster blijkt geestelijk de meerdere van Darkon te zijn.
Als de sekteleden dat zien, gaan ze er op slag vandoor. Darkon grijpt meteen in en laat de sekteleden tot de laatste man in het moeras verdwijnen. Eindelijk wordt de macht van Oog gedemonstreerd als Darkon dit in een offervuur gooit - meteen verschijnt er een kolossale vuurdemon die al even snel verdwijnt als hem Garlocks ring wordt toegeworpen, met alle natte gevolgen van dien. Als Johan het Oog vernielt, verschijnt Bahaal zelf ten tonele om zijn nederlaag te constateren en Darkon te straffen. Darkon zal de rest van zijn leven rond moeten dolen in het Zwarte Moeras, en de spullen die de sekte van Toth heeft geroofd worden op Morgensters eis door Bahaal teruggegeven. Hiermee kan Johan zijn naam zuiveren in de stad waaruit hij ontsnapt was. Einde verhaal.
Enkele bekende thema's:
- Merlijn die alleen een boodschap geeft en verder geen rol speelt
(vgl. De Koraalburcht)
- De strijd tussen twee ondergeschikten van Bahaal en Galaxa; Darkon/Morgenster zijn als opponenten vergelijkbaar met Heptateuk/Christallina uit "De IJsvorstin".
Persoonlijk ben ik een liefhebber van die Rode Ridderverhalen waarin toverkunst een voorname rol speelt. "Het Nimfenwoud", "De Hellebron" en "De IJsvorstin" zijn enkele van mijn favorieten. "Het oog van Toth" is ook zo'n soort verhaal, maar in tegenstelling tot eerdergenoemde albums kan ik dit zeker niet tot mijn favorieten rekenen.
Het verhaal is in teveel opzichten onlogisch. Ik noem een paar punten waar dat uit blijkt:- Waarom zou Bahaal op een voorwerp uit zijn waarvan de voornaamste eigenschap het oproepen van demonen is? Bahaal heeft als hellevorst immers alle demonen tot zijn beschikking die hij zich maar wensen kan. Denk bijv. aan album "De Hellebron".
- Waarom zijn Garlock en Crispijn op weg om Zaltar te waarschuwen? Zoals later bleek wist Zaltar van Johans bedoelingen en de komst van zijn vijanden af. Als oud-leerling van Zaltar had Garlock moeten weten dat Zaltar met zijn vermogens geen waarschuwing nodig had.
- Waarom de moeilijke tocht van Johan en Morgenster om Zaltar te waarschuwen als de fee in één keer voor Zaltars verblijf blijkt te kunnen verschijnen? Zaltar was dan meteen gewaarschuwd geweest, nog afgezien van de vraag of dat wel nodig was (zie 2). Bescherming van Johans zwaard had Zaltar als eigenaar van het Oog niet nodig; hij zou onmiddellijk een demon hebben kunnen oproepen om met welke indringer dan ook af te rekenen.
- Waarom ging Darkon het duel met Morgenster aan, terwijl zijn doel al bereikt was? Hij had het Oog immers al in de wacht gesleept en was in het Zwarte Moeras even onbereikbaar voor zijn tegenstanders als de pot met goud aan het einde van de regenboog.
- Waarom zou Bahaal op een voorwerp uit zijn waarvan de voornaamste eigenschap het oproepen van demonen is? Bahaal heeft als hellevorst immers alle demonen tot zijn beschikking die hij zich maar wensen kan. Denk bijv. aan album "De Hellebron".