Nadat Johan en Merlijn het vertrouwen van de Amazones hadden gewonnen, stelde Merlijn voor om mee te helpen met de verdediging van hun dorp. Hiervoor diende de oude tovenaar achter zijn toverstaf die in de boot was achtergelaten te hebben. Tari met hem meegestuurd om hem de weg te tonen.
Deze nar die de toekomst kan voorspellen woonde in een burcht die door Baldein veroverd werd. Baldein slachtte iedereen af, behalve de nar, die voortaan in dienst van de bendeleider moest staan. Tarkin voorspelt echter de dood en de nederlaag van Baldein, wat niet in dank afgenomen wordt. Wanneer Johan en Sharyll gevangen genomen worden, besluit Tarkin dat het tijd is om zijn bijdrage aan de nederlaag van Baldein te leveren. Hij helpt Johan ontsnappen. Zijn lot wordt tevens vervuld, wanneer hij zich in de baan van Baldein’s zwaard gooit en zo de klap opvangt die voor Sharyll bedoelt was. Een eervol einde voor deze ongelukkige nar.
Deze landheer verleent tegen alle wetten in gastvrijheid aan Johan, omwille van zijn vriendschap met Yorimoto. De ninja’s zetten echter een aanval in op zijn paleis om Merlijn te ontvoeren. Op deze manier komen hij en zijn samoerais temidden van het geweld te zitten. Er worde dapper gevochten, maar de ontvoering kan niet verhinderd worden. De Daimyo moet het wel ontgelden, wanneer Demoniah in een laatste stuiptrekking een pijl om hem afvuurt!
Thara was één van de wolven die Karin kon bedwingen. Wanneer Johan door de Zeven dreigt overwonnen te worden, grijpt Karin net op tijd in en stuurt onder andere deze wolvin op de Zeven af.
Johan betrapt deze jongen terwijl hij aan het stropen is. Hij heeft echter begrip voor de situatie van Thierry, wiens ouders arme lui zijn. In ruil voor wat geld helpt Thierry Johan aan informatie. Als jonge snaak trekt hij geenszins de aandacht van de bewakers die de ingang van Saint-Sauveur bewaken, de burcht waar Jeanne D’ Arc gevangen zit. Na de bevrijding van de maagd geeft Johan Thierry het advies terug te keren naar zijn geboortestreek. Stamelend geeft Thierry toe dat hij geen familie meer heeft. Hierop besluit Johan dat hij maar beter mee kan naar het hof van de Dauphin, om daar een degelijke opvoeding te krijgen. Later komt Thierry door ophanging aan zijn einde, was dit moord?
Thoran is de sekteleider van de Gouden Sikkel. Is bezig om zich persoonlijk te wreken op de dochter van de burchtheer Gawain, omdat deze Thoran eerder had verjaagd van zijn grondgebied. Daar kwamen enkele sekteleden bij om. Zijn plan houdt hij angstvallig geheim, en het lukt hem bijna. Maar zoals zoveel slechterikken komt hij aan het eind om het leven, door zijn eigen blinde wraak.
Thorbold is de grootvader van Irina, hij helpt haar hun herberg ”De witte zwaan” uit te baten. Thorbold sympathiseert met de opstandelingen, daar hij vroeger eens in elkaar geslagen werd door de Schout. Door dit incident werd hij invalide. Thorbold helpt Zackay gevangen te nemen, maar wordt verrast tijdens het bewaken van de belastingsspecialist.
Johan treft deze rondetafelridder zwaargewond aan. Coldred en zijn bende zitten hem achterna, omdat ze vermoeden dat hij weet waar Merlijn zich schuilhoudt. Johan blijft zijn oude strijdmakker getrouw en verdedigt hem. Na een felle strijd druipen Coldred en zijn Picten af. Johan brengt Timar onder bij een vredelievend gezin, zodat hij kan herstellen. Zelf gaat hij er voortaan op uit, om Merlijn terug te vinden en de orde te helpen herstellen.
hoofdman van het dorp waar de schipbreukelingen van de Albatros ontvangen worden; blijkt een streng man te zijn als hij doof blijft voor de smeekbeden van zijn dochter Zoarah om Philippe de Taverny niet ter dood te brengen.
De toezichter van Brokland houdt een oogje in het zeil in Broklands wouden. Toen Johan en Lancelot het gebied betraden op zoek naar Hugon, vroeg de man rekenschap aan beide ridder. Omdat hun antwoord hem onvoldoende bevredigde, trok hij van leer tegen het tweetal.
De man werd echter even snel overmeesterd als dat hij ten strijde trok.
Een rijke Hereboer, zijn hoeve noemt de Tolnaershoeve. Op zijn weg naar huis wordt hij aangevallen door een bende rabauwen. Johan verjaagt het geboefte en wordt uitgenodigd in de Tolnaershoeve. Wanneer hij die avond nog wat zit in te dommelen, bemerkt hij de vuurgeest , die geruisloos de hoeve was binnengedrongen en er brand sticht. Tolnaer sterft in deze brand.
De torenwachter van Sluis genoot het vertrouwen van de Fransen en kende de bewegingen van de Franse vloot. Daarnaast kende hij ook de verraders die met de Fransen heulden. Alvorens Johan hem zijn krijgsplan uitlegt om de Franse oorlogsvloot nabij Sluis te vernietigen somt hij alle andere medewerkers voor zijn plan op. Plotseling wordt Johan door de torenwachter onderbroken. Er zou reeds een verraders in hun midden zijn. Alvorens de man kan spreken wordt hij in de rug neergestoken.
Wanneer Oonagh, Torns geliefde, dreigt ontvoerd te worden door Malfrat de Wrange, denkt Torn zich te verzetten. Het kan echter niet baten en Oonagh wordt alsnog meegevoerd naar het kasteel dat onlangs door Malfrat werd veroverd.
Torn laat het er echter niet bij en trekt er met twee dorpsgenoten op uit om de schone te bevrijden. Tijdens de reddingsoperatie botsen ze echter op Malfrats handlangers. Het drietal wordt binnen de kortste keren neergeslagen. Eén zware slag van een morgenster breekt Torns ribben en doorboort zijn longen en hart. De gruwelijk verminkte lijken van het drietal worden een dag later op spiesen aan de rand van het dorp teruggevonden.
Trogir, een dwerg is de dienaar van Zaïdah, de heks. Hij ontdekt de schuilplaats van Hachim, Johan, Storkas en Maruka. Op die manier kan hij hun plannen afluisteren en Hen in een hinderlaag lokken. De hinderlaag heeft geen effect, maar hij slaagt er wel in Maruka te laten ontvoeren. Later blijkt hij Zaïdah’s orders blindelings te volgen omdat zij hem een normale gestalte belooft heeft via de duistere krachten die zij raadpleegt. Op bevel van Zaïdah steekt hij de brandstapel aan, waarop Maruka vastgebonden staat. In de daaropvolgende instorting sterft hij.
De troubadour achtervolgt het gezelschap en biedt hen aan de ballade van de zilveren adelaar te zingen in een herberg. Deze ballade verteld dat de jonge knaap onoverwinnelijk was door een magische kracht, die door Berthold en Erik verbroken werd. De magische kracht zou echter wraak nemen door de 2 ridders te doden. Hij vlucht weg en wordt achtervolgd door de ridders en Johan.
Hij is de aanvoerder van de Magyaren, een plunderende bende afkomstig uit de Oeral. Hij wil het leven van de ridders sparen in ruil voor hun wapens en rijdieren. De ridders weigeren en banen zich een weg door de bende Magyaren. De ridders slagen uiteindelijk in hun opzet.
Een van de vier broers, genaamd de Heren van Kamroen. Hij is mede verantwoordelijk voor de laffe moordaanslag op de Heer van Valkensteen, en haalde daarmee de wraak van diens gade Hiordis op de hals. Als een bijgelovige lafaard wilde hij zijn drie andere broers in de steek laten en sloop het kasteel uit, maar werd gevangen genomen door de krijgers van Hiorgis.
Urban is de nar van Horst, en geen onbekende voor Johan. Behalve een groot gevoel voor humor, heeft deze nar een grote portie wijsheid in zich. Het ontbreekt hem ook niet aan moed, belangeloos zet hij zich mee in om de jonge stroper te helpen bevrijden, wat hem steevast recht tegenover de soldeniers zet, die hem rauw lusten. Gelukkig is Johan op tijd om een handje toe te steken.
119. Stille getuigen
131. De Heren van Rode
132. De Slag van Woeringen
Deze schaapherder woont samen met zijn dochter Elsje in een eigen hut. Wanneer boze boeren denken dat zijn dochtertje Baloch opjut om hun akkers te vernielen, bedreigen ze de man. Johans tussenkomt verdrijft de landbouwers.
Elsjes vader doet het verhaal van Baloch. Als Johan hem daarop voorstelt om voor hem bij graaf Reynhorst te pleiten, slaat de man dit aanbod af. Hij en zijn dochter zullen immers de streek verlaten.