Pokken of variola was een uiterst besmettelijke en levensbedreigende virusziekte die de mensheid eeuwenlang heeft geteisterd. Zo is in de afgelopen drieduizend jaar één op de tien mensen gestorven aan het pokkenvirus.
De ziekte wordt veroorzaakt door het pokkenvirus. Er zijn twee soorten: de minder gevaarlijke Variola minor en de bij niet-ingeënten meestal dodelijke Variola major. Er zijn ook diverse verwante dierlijke virussen, met name het koepokvirus, dat vaccinia (koepokken) veroorzaakt. Het doormaken van koepokken geeft een mens bescherming tegen pokken. Daartegen kon men zich door bewuste besmetting met koepokken dus beschermen; de term vaccineren is dan ook afgeleid van het Latijnse woord vaca (koe).
Sinds de tweede helft van de jaren zeventig is de ziekte door een uitgebreide wereldwijde vaccinatiecampagne niet meer voorgekomen. Pokken zijn de eerste virus dat door de moderne wetenschap is uitgeroeid.
Variola major van het hemorragisch type is een uiterst besmettelijke virusziekte. Er ontstaan zowel op de organen als de huid inwendige bloedingen. De huid kleurt door deze bloedingen zwart, waardoor men de ziekte ook wel 'zwarte pokken' noemt. Een besmetting met zwarte pokken is haast altijd fataal. Rond de vijfde tot zevende dag zal de patiënt meestal plotseling overlijden.
Ook Johan zag de gruwel voor zijn neus gebeuren. In De witte tempel was hij aan boord van een galjoen. De rust van het windstille weer werd plots verstoord toen een van de bemanningsleden dood neerviel.
In Hugon de hofnar ontmoeten Johan en Lancelot een edeldame die de gruwel heeft overleeft. Haar schoonheid werd echter door de littekens van het virus zodanig aangetast dat ze zich buiten de burcht terugtrok en steeds gesluierd rondloopt.