Wanneer Johan de weduwe van Reyhold van de Berkeburcht tracht te spreken, weigert zij elk contact. Niet begrijpend verlaat hij de burcht. Nog maar net heeft hij het kasteel verlaten of in het omringende berkenbos slaat een pijl in op één van de bomen naast de Rode Ridder.
Rond de pijl is een boodschap van de kasteeldame bevestigd met de mysterieuze tekst:
"In de Berkeburcht hebben de muren oren. Ontmoet mij deze nacht bij de drie berken op de heuvel. Waak er over dat U niet gevolgd wordt."
Wanneer Alva uit het dwergendorp in het Land der Galmende Kinkhoorns is ontvoerd door een adelaar, besluit de Rode Ridder haar te redden. Hij stuurt echter één der dwergen naar het slot van Taran met een boodschap om Etain, de kasteelvrouw, om hulp te vragen. Helaas maakt hij hierbij een zeer belangrijke fout. Etain blijkt immers Finola, de meesteres van de adelaars, te zijn.
Na een klein meningsverschil met Boris, een rondtrekkende berentemmer, trakteerde Johan Iudith op een bord pap. Even later werden ze lastig gevallen door Wando en zijn gezelschap, waarop een nieuwe vechtpartij ontstond. Iudiths bord pap werd over het hoofd van Wando gekieperd.
Johan kreeg in Allis' hut een schuiloord voor de stormige nacht. Wanneer hij zich 's morgens verfrist, komt Allis hem blij tegemoet met een mandje met vers geplukte bosaardbeien.
Om schepen voor het Zwin te laten kapseizen plaatste een groep strandjutters enkele brandende pektonnen op het stand. Voorbijvarende schepen dachten zich op deze vuren te kunnen oriënteren, maar vaarden hierbij een gewisse dood tegemoet.
In zijn gevecht met een gemaskerde tegenstander greep Borsaw naar een brandende toorts en wierp hem naar zijn tegenstander. De toorts kwam ongelukkig neer op enkele gordijnen en stichtte brand.
Wanneer Johan aanklopt bij de hut van Allis, heeft deze net een hele kom brandnetelsoep klaargemaakt.
In 'De blauwe heks' redt Johan het gelijknamige personage bij de start van het verhaal.
Melinda vertelt in 'De klauw' hoe een kruistocht tegen de Katharen werd gehouden en hoe deze christenen die zich tegen het pauselijk gezag verzetten op de brandstapel stierven. In hetzelfde album kon Johan ook nog enkele ongelukkigen van de vuurdood redden.
Dit kleine vuurwapen dat tevens op bliksemenergie werkt controleert het brein van de door Albertstein gecreëerde kunstmensen.
Gonda de heks wist wie de mysterieuze Zeven waren. Ze vertrouwde haar geheim toe aan het papier, maar schreef de namen op in een onzichtbare inkt. Slechts na talrijke proeven lukte het Karin om de juiste zuren te vinden die de inkt weer zichtbaar konden maken.
Wanneer Lorrie en Rik besluiten om terug naar het kasteel van Zwarte Narcis te trekken, willen ze hun moeder niet nodeloos ongerust maken. Voor dag en dauw verlaten ze hun hut en laten daarbij een briefje achter waarin ze hun moeder voorliergen dat ze in het dorp inkopen gaan doen en pas de volgende dag terug thuis zullen zijn.
Wanneer Hugon bij een hoeve aanklopt om een onderdak voor de nacht te vinden, snijdt de boer net een snede brood af. Lancelot, die samen met Johan de achtervolging op Hugon heeft ingezet, doet enkele dagen later exact hetzelfde.
Een album later hebben Johan en Lancelot zich teruggetrokken in een vervallen seintoren. Om aan eten te geraken bindt Johan een haak aan een draad. Hieraan hangt hij een stukje brood, waarna hij het stukje in het rond laat slingeren. Het duurt niet lang of hij heeft zijn eerste zeemeeuw gevangen.
Ook Enid, de koningin van het dwergenvolk uit de Nevellanden, en twee landgenoten moeten zich een tijdje tevreden stellen met droog brood. Omdat de inkomsten meevallen, belooft Levinus echter smakelijker voedsel voor binnenkort.
Na zijn 'overlijden' werd het lichaam van de graaf van Chirac in deze crypte gelegd. Niemand kon vermoede dat het levenselixir van Magist Magiste echter zijn naam waarmaakte en het zwaar gehavende lichaam van de graaf het eeuwige leven schonk. Na zijn begrafenis werd de crypte door de kasteelbewoners gemeden omdat ze menen stemmen en geratel van botten uit de crypte te horen.
De crypte wordt vernield wanneer Doctor Faustus en Joost de graaf van Chirac uit zijn graf bevrijden.
Wanneer de graaf van Chirac uit zijn crypte herrijst, vraagt hij zijn wapenmeester om zijn zwaard. Wanneer de Guillaume de Joubert hem vertwijfeld zijn eigen zwaard toewerpt, vangt de graaf het op. Als bij toverslag transformeert het in een glinsterend demonisch wapen; omwolkt door een walm van verrotting en zwavel.
Voor één of andere duistere praktijk vermoordt Branhucar een vastgespijkerde vleermuis. Terwijl hij in gesprek is met Malfrat de Wrange peutert hij de ingewanden uit het arme diertje.
Tijdens zijn onderzoek naar de Vuurgeest botst Johan steeds op een onwillige boeren. Ze worden immers door de Vuurgeest bedreigd. Toch is er één die zich in de muziek van een doedelzak lijkt terug te trekken.