Omdat Johan minachtend deed over Phaucrates' krachten, liet deze in een schaal een giftige adder verschijnen. Hij daagde de Rode Ridder uit om zijn hand hierin te steken. Toen Johan hiervoor terugdeinsde, loste de adder in rook op. Phaucrates gaf Johan de raad om niet meer te spotten met krachten die hij niet begrijpt.
Deze van oudsher stenen brug werd door de zwarte magie van Kerwyn betoverd. Met dezelfde krachten wordt de overkant van het water beschermd. Elfen die overvlogen zonder de brug te nemen, werden tot stof vergruisd.
Terwijl Johan de brug overstak brak de brug in stukken. Prinses Gwijn, Afarnach en Pargur konden hem niet op tijd redden. Samen gingen ze naar de restanten van de brug aan de overkant en gingen zo aan de overkant aan land.
Dit flesje dat toebehoort aan de Afrikaanse tovenaar bevat niet zomaar zandkorrels, neen! Deze zandkorrels zijn betoverd en veranderen stuk voor stuk in vervaarlijke krijgers. Zij vormen op die manier het leger van de Afrikaanse tovenaar. Hoewel Merlijn en Djinny over heel wat meer toverkracht beschikken, is dit echt wel een handig hebbedingetje.
Om de gevangen Johan en Lancelot te bevrijden uit de valput onder de hoeve van Borsaw wierp een gemaskerde bondgenoot de gordijnen van de hoeve naar beneden. Beide ridders kropen ermee terug naar boven.
De Gouden Appel is één van de twee symbolen die de opvolger van Koning Horak moet bezitten om aanspraak te maken op de troon. Het kleinnood werd bewaard door Solveig; tot het door Gorm werd gestolen.
Naast twee zandspoken, een afgetraind leger ruigaards en een bloedmooi lichaam bezat de koningin van Sjeba nog een ander dodelijk wapen: het Gouden Masker. Door de magische krachten van het masker, die vermoedelijk uit de kaballa zijn ontleed, is het voor de drager van het masker mogelijk om met de ogen terstond iemand neer te bliksemen. Uiteraard wendde de koningin haar wapen naar hartelust aan om in haar ondergrondse rijk elke vorm van verzet in de kiem te smoren. Tempeliers die haar rijk binnendrongen om de Rode Ridder te zoeken, bliezen met hun geheime wapen de overkoepelende gewelven op. Het moordwapen ligt nog steeds tussen de bedolven restanten van het rijk Sjeba.
Een gouden sikkel wordt door ieder lid van de gelijknamige sekte gehanteerd. Eerst ontsnapt Johan aan de dood als hij bijna met dit wapen geofferd dreigt te worden. Wanneer Gildor daarop jaloers is op Johan, die door zijn geliefde Karin tot slaaf werd genomen, vechten beide heren een gevecht uit op leven en dood met een gouden sikkel. Uiteindelijk wil ook Thoran zijn ultieme wraak uitoefenen door Hilde, de dochter van Gawain, met de gouden sikkel te vermoorden.
In de middeleeuwen was 'ridder' de naam van een bereden krijgsman. Schildknapen die het ridderschap waardig zijn, verdienen door een heldhaftige daad letterlijk hun (gouden) sporen.
Hoewel ook Erwin zijn sporen had verdiend door Veerle van Baldur te redden, vond hij dat hij gefaald had. Hij schonk zijn gouden sporen aan zijn twee gesneuvelde vrienden, Erik en Kurt.
Kin-Lien betekent Goudlotus in het Chinees. Een prachtige gouden bloem! Het is deze bloem, maar dan in juweelvorm, die Johan cadeau krijgt van prinses Kin-Lien voor de hulp die hij haar en haar vader geboden heeft. Tja... Ook dolende ridders moeten betaald worden he!
Deze schat behoorde oorspronkelijk toe aan de Katharen. Wanneer hun burcht werd aangevallen, verstopten ze het voor de vesting werd veroverd. Guido en Gianni krijgen weet van de schat en beginnen de hele burcht te onderzoeken. Wanneer ze eenmaal de schat gevonden hebben, worden ze gearresteerd door heer Lagriffe, die de hele streek in zij bezit heeft. De hebberige man ruikt zijn kans om de hele schat voor zich houden door het tweetal ter dood te veroordelen. Wanneer ze echter ontsnappen, strooien ze de hele schat in het rond om onopgemerkt tussen de menigte Lagriffe's kasteel te verlaten.
Met een goudstuk dacht Hugon, de hofnar, een veilig onderkomen voor de nacht af te kopen. Helaas deed het blinkend edelmetaal zijn gastheer verblinden.
Om te ontsnappen aan een slang deed Mirtos zijn helm af. Hij sloeg er het dier mee van de paal waar hij zich had op teruggetrokken.
Het is (nog) niet geweten wat er allemaal in het grimoire van Doctor Faustus staat. Vast staat wel dat Faustus zelf er onschatbare waarde aan hecht. Nog maar net is hij het vuur van de brandstapel ontvlucht of hij snelt in het lichaam van de jonge Henzi reeds naar zijn grot om zijn grimoire te redden.
Zodra hij zijn grimoire terug heeft laat hij geen tijd verloren gaan. Blijkbaar bevat het boek een spreuk om zijn dienaar Joost uit de hel terug te roepen.
Deze straal wordt opgewekt door een machine die door Albertstein in elkaar gestoken werd. Als energiebron wordt de bliksem gebruikt. Wanneer het apparaat opgeladen is kan het een groene lichtstraal uitzenden die een hypnotiserende werking heeft. Op deze manier kan Albertstein de bevolking van het nabijgelegen vissersdorp lokken om zijn experimenten op hen uit te voeren. De straal heeft echter een belangrijke nevenwerking, ze beschadigt de hersenen van de mensen, waardoor deze willoos worden en een soort schijndood ondergaan.
Door een groentemoes verrijkt met verdovende kruiden aan de kasteelbewoners van Horst voor te schotelen was het voor Doctor Faustus en Joost mogelijk om de blinde alchemist zonder tegenstand te ontvoeren.
Indigo nam de reuk van dollekervel, papaver, hennep en mandragora waar. Daarop brouwde ze snel een tegengif.
Dit boek wordt bijgehouden door Afarnach, de raadgever van prinses Gwijn. Enkel de zaken die écht van belang zijn staan in dit boek vermeld. Zo voorspelde het boek de komst van een moedig ridder die de situatie in het elfenrijk zal rechttrekken. Pas wanneer hij zijn heldendaad volbracht heeft, zal hij naar zijn eigen wereld kunnen terugkeren.