Algemene informatie

Tekeningen

Scenario

Inkleuring

Uitgiftedatum

11/1986

Samenvatting

Een zwerftocht brengt de Rode Ridder bij het beruchte Slot van Craeyensteyn. Eigenlijk is hij op zoek naar gastvrijheid voor de komende nacht, maar door het plotse overlijden van een kasteelbewoner vreest hij geen onderdak te vinden. Op het binnenplein wordt hij echter gerustgesteld door Donaat, de plaatselijke chirurgijn. Hij vertrouwt Johan op het eerste zicht en raadt hem aan de familieleden van de overleden graaf bij te staan. In de nabije toekomst zal dit meer dan nodig blijken!

Even later maakt Johan kennis met de nar Urban, een figuur die we later nog zullen terugzien in "De Heren van Rode" en vervolgalbum. Urban blijkt naast nar een uitstekend detective en vermoedt dat er bij de dood van graaf Rodrick vuil spel gespeeld is. Een duistere figuur, die Johans komst argwanend van achter een muur gadeslaat, voorspelt naderend onheil. Tijdens het avondmaal maakt Johan kennis met de nabestaanden van de graaf en biedt zijn ridderlijke bescherming aan. De moeder van de overleden graaf, Hanni, ziet zijn aanwezigheid goed zitten, terwijl de jonge weduwe, Clothilde, eerder wapenknechten wil aanwerven.

Na het avondmaal maakt de moeder van de overleden graaf een koffertje open, wat neer komt op de erfenis van Rodrick. Tot ieders verbazing zijn het geen gewone sieraden, maar bevat elk sieraad een onaangename diersoort. Johan vermoedt reeds dat er meer aan de hand is met de sieraden. De kok maakt zich reeds verdacht door het gebeuren te bespieden, maar wordt op tijd door zijn vrouw Adja op andere gedachten gebracht. Zijn wraak zal echter zoet zijn!

's Nachts, wanneer iedereen zich ter ruste heeft begeven, begeeft Johan zich naar de rouwkamer om het sieraad rond de hals van de overleden graaf te onderzoeken. Hierbij tracht een gemaskerde sluipmoordenaar hem te verrassen, maar vanzelfsprekend is Johan hem te vlug af en de man zoekt zijn heil in de vlucht. In de gangen van het kasteel houdt de man de roodharige dienstmaagd Esther een mes voor de keel, maar dankzij het optreden van Urban kan Johan de moordenaar in het nauw drijven. Uiteindelijk stort deze van de kasteelmuren en hoewel zijn uren geteld zijn, weigert hij de naam van zijn opdrachtgever vrij te geven.

Kort na het treffen met de huurmoordenaar wordt grootmoeder Hanni op gruwelijke wijze vermoord en de kever op haar halssieraad blijkt plots verdwenen te zijn. Men vermoedt dat de sieraden vervloekt zijn, maar de koppige Clothilde weigert hierin te geloven en ter nagedachtenis van haar man wil Clothilde dat zij en haar zoontje Elkin de sieraden elke dag dragen.
De volgende dag houdt men in Craeyensteyn een dubbele begrafenis en om het zoontje te sparen van de rouwplechtigheid, maakt Johan met hem een rit te paard door de omgeving. Hij wil van de gelegenheid gebruik maken om de ring van Elkin door Donaat de chirurgijn te laten onderzoeken. Bij hun vertrek worden ze weer door de mysterieuze figuur gadegeslaan, die hun niet levend ziet terugkeren!

Donaat kan niets verdacht vinden aan de ring en weet ook weinig te vertellen over de mysterieuze halfbroer van Rodrick, Gunnard. Deze laatste zou tijdens de kruistochten zwaar verminkt zijn en werd nooit meer weer gezien in de streek. Op hun terugweg naar het kasteel worden Johan en Elkin overvallen door gemaskerde ruiters en Elkin schiet er bijna het leven door in, maar dankzij Johans meesterschap met het zwaard moeten de aanvallers hun pogingen staken. Tijdens het geharrewar heeft Elkin zijn ring verloren. Later zal men beseffen dat dit zijn leven gered heeft!

Terug thuis besluit zijn ongeruste moeder Clothilde om soldeniers aan te werven om de burcht te bewaken. Tijdens een gesprek met haar waarschuwt Johan de weduwe voor de mogelijke terugkeer van Gunnar, die mogelijk op wraak uit is. In zijn ogen zijn Corbijn de kok, Urban de nar en Donaat de chirurgijn allen mogelijke verdachten. Op verzoek van Clothilde arriveren de soldeniers op Craeyensteyn, maar één van hen blijkt een dief te zijn. Bij een poging om het armsieraad van de gravin te stelen, wordt hij gebeten door de slang die plots tot leven komt! Uiteindelijk wordt Clothilde op het laatste nippertje van een slangebeet gered door Johan en tegelijkertijd heeft men door waar het om draaide: de sieraden bleken een dodelijke valstrik voor hun drager. Nu gaat men op zoek naar de moordenaar, maar deze kan zich onopgemerkt tussen de anderen begeven.

Voor het avondmaal meldt Donaat de chirurgijn zich op Craeyensteyn aan. Johan bekijkt hem met argusogen, maar hij zal zijn goede trouw bewijzen wanneer hij Elkin van een gewisse dood redt door zijn ingrijpen met kruiden. De jongen bleek vergiftigd en de kapitein van het detachement soldeniers verdenkt Corbijn en Adja, maar hij kan niets bewijzen. De komende nacht dreigt nog meer gevaar en onheil over de bewoners van Craeyensteyn te brengen!

's Nachts trekt Johan op een inspectietocht door de burcht, maar merkt niet dat hij wordt gevolgd door Urban de nar. De nar heeft geen kwaad in de zin, maar wil zijn kwaliteiten als detective nog eens extra aanwenden. Hij ontdekt twee vergiftigde (weeral!) soldeniers en een geboeide Adja, maar wordt uiteindelijk zelf neergestoken in de rug. Nu gaat de spanning naar een climax. Een brand trekt de aandacht van Johan en de soldeniers en in het verblijf van de kok treffen ze de zwaargewonde Urban, een vermoorde Adja en een bewusteloze kok aan.

De moordenaar blijkt volkomen spoorloos, maar Donaat de chirurgijn heeft er genoeg van en besluit de "Stille getuigen" in te schakelen om de moordenaar te ontmaskeren. Het gaat om de muren van de ridderzaal, die dankzij een magisch truukje schaduwen uit een recent verleden kunnen oproepen. Corbijn de kok wil zich terugtrekken, maar Donaat slaat dat niet toe. De schaduwen onthullen hem als de moordenaar van Adja, maar voordat deze gegrepen kan worden, gaat hij ervandoor. De plompe kok ontpopt zich tot een geduchte vechtjas en hardloper en de laatste achtervolging van het verhaal begint. Enkel Johan kan hem bijhouden en volgt de kok zelfs tot in de slotgracht. Door de harde plons in het water verliest Corbijn zijn masker en Johan moet de strijd aan vatten tegen een vreselijk verminkte man: Gunnard, de halfbroer van graaf Rodrick. Tijdens de kruistochten werd hij in een gevecht door Rodrick in de steek gelaten en vreselijk gefolterd en verminkt door de Saracenen. Uiteindelijk wordt hij dodelijk verwond door de pijlen van de soldeniers en op zijn sterfbed verklaart hij hoe hij de echte familiejuwelen inruilde voor de dodelijke sieraden. Wanneer Gunnard zijn kaars uitblaast, zijn de problemen voor de bewoners van Craeyensteyn over. Er worden twee koppels gevormd tussen mensen die elkaar reeds langer gevonden hadden: Urban en Esther en Clothilde en Donaat. En Johan zet zijn zwerftocht weer verder...

Dit album behoort volgens mij ongetwijfeld tot de beste tien van de reeks. Na de adembenemende trilogie rond het avontuur "In de Witte Hel" en de zoektocht naar Gilgamesj komt Johan in een onvervalste thriller terecht en kan hij zijn kwaliteiten als detective ontplooien. Zijn kwaliteiten als vechtjas komen hier heel wat minder aan bod, buiten de spectakulaire confrontaties met de gemaskerde schurken. In zijn ultieme confrontatie met de zwaar verminkte Gunnard komt hij bovendien wat bleekjes voor de dag, maar hij heeft dan ook een oorlogsveteraan met een enorm gewicht tegenover zich.

Voor een gewoon Rode Ridder-album zonder vervolgverhaal doen er vrij veel personages mee, maar geen enkel ervan loopt in de weg en de karakters worden op hun beurt voldoende uitgewerkt. Van een echte hoofdrol kunnen we buiten Johan dan ook niet echt spreken, maar de belangrijkste figuren zoals Clothilde de burchtvrouw, Donaat de chirurgijn en Urban de nar hebben elk hun eigen stevige inbreng.

Het verhaal begint met een sombere toon en gedurende het hele album blijft de donkere stemming overheersen, maar dit maakt het album net zo sterk. Reeds van in het begin wordt de spanning opgebouwd en geleidelijk aan werkt men naar een climax toe. Pas in de helft van het album wordt ook het vermoeden van Urban bevestigd dat er een moordenaar in het spel zit.
De speculaties rond de vermoedelijke terugkeer van Gunnard voeden alleen maar het wederzijdse wantrouwen en de drie mogelijke verdachten blijven ongeveer tot in de climax hun ware bedoelingen verbergen.

De manier waarop de moordenaar ontmaskerd wordt, kan ook bijzonder origineel worden genoemd: normaal zouden we verwachten dat hij een belangrijke fout maakt en zo ontmaskerd wordt, maar uiteindelijk worden er magische hulpmiddelen aangewend om zijn identiteit te onthullen. De schurk Gunnard/Corbijn is dan ook een bijzonder sluw individu en is zelfs de scherpzinnigheid van Johan en Urban te slim af.

Twee bedenkingen bij het hele verhaal:

  • Slot Craeyensteyn is een bijzonder imposante burcht en telt uiteindelijk maar acht bewoners na het overlijden van Rodrick. Voor zo'n beperkt aantal mensen is zo'n burcht toch veel te groot? Bovendien worden er pas na de twee moordaanslagen soldeniers aangeworven. Tevoren telde het kasteel met Rodrick maar één verdediger: bijzonder weinig voor zo'n imposante burcht, lijkt me...
  • Op zijn sterfbed vertelt Gunnard dat hij de echte familiesieraden inruilde voor zijn dodelijke sieraden en dat Rodrick de "vloek" had uitgevonden omwille van zijn gierige karakter. Wou hij dan niet dat zijn nabestaanden de sieraden zouden aantrekken? Vreemde redenering...

    Ondanks die twee bedenkingen vind ik het een bijzonder krachtig album, dat door de opgebouwde spanning en de blijvende donkere toon de hoogste onderscheiding verdient: vijf sterren.