Algemene informatie

Tekeningen

Scenario

Inkleuring

Uitgiftedatum

8/1998

Samenvatting

Nabij het Krak der Ridders, in het graafschap Tripoli is een afdeling hospitaalridders op zoektocht. Plots bemerken ze aaseters in de verte, meestal geen goed teken. Ze haasten zich naar de plek des onheils. Bijna ter plaatse merken ze een groep Saracenen op, meteen wordt de achtervolging ingezet. In een kort treffen moeten de Saracenen het onderspit delven. Terug op de plek des onheils treffen de hospitaalridders de overblijfselen van een karavaan aan, die niet in het Krak aangekomen was. De lastwagens zijn weggeroofd. De Saracenen lokten de hospitaalridders dus blijkbaar mee, weg van hun prooi. Plots trekt een zacht gekreun de aandacht van de kapitein. Het is een jonge vrouw, die na het drinken van wat water snel weer op krachten komt. Haar naam is Zora, familie van een lid van de karavaan. Ze vertelt over fata morgana’s, die hen steeds meer en meer weglokten. Door watertekort stierven steeds meer en meer leden van de karavaan, tot iedereen dood was en de Saracenen onder leiding van Sid Yoessef hun slag sloegen. Sid Yoessef is geen onbekende voor de hospitaalridders, hij beheerst een fort aan de kust, en drijft handel met alle partijen. Hierop besluit kapitein Ramund dat het tijd wordt om het fort Qal At el Morqah een bezoek te brengen met Zora erbij. Tenslotte moeten ze er toch zijn voor voorraden. Sis Yoessef reageert furieus op de beschuldigingen. Op de vraag waar hij die middag was, antwoordt hij dat hij in het fort was. Zora noemt hem een leugenaar, maar een vreemdeling stapt uit de duisternis en bevestigt de aanwezigheid van Sid Yoessef. Het is niemand minder dan Johan. Kapitein Ramund reageert aanvankelijk erg sceptisch tegenover Johan, maar een brief voor hem, van de tempeliers laat hem snel van houding veranderen. De tempeliers hebben Johan ermee belast een onderzoek te voeren naar de verdwijningen van diverse karavanen in de omgeving. Gonzaga vraagt de Hospitaalridders om persoonlijke medewerking. Kapitein Ramund wil maar al te graag hulp verlenen. Yoessef beweert opnieuw dat hij op goede voet met alle partijen wil staan, hij zal ene nieuwe karavaan naar het Krak sturen, en Zora mag in zijn fort op krachten komen.
Hierop vertrekken Johan en kapitein Ramund richting Krak. Vanuit houdt een gemaskerde hen in het oog, hij zal er een erezaak van maken dat Johan het fort Qal At el Morqah niet meer levend terugziet.
Aangekomen in het Krak der ridders krijgt Johan een uitgebreide rondleiding. Bij een bezoek aan de borstwering bemerken de twee een heuse stofwolk aan de horizon. Hospitaalridders volgens Ramund. Johan besluit terug naar het fort Qal At el Morqah te keren. Hij verlaat het Krak , maar wordt in de gaten gehouden door zijn vijanden. Al snel loopt hij in een hinderlaag. Johan lijkt verloren, maar weert zich als geen ander. De gemaskerde wil vanop een afstand toeslaan, maar vanuit onverwachte hoek duikt plots hulp op. De overvallers gaan op de loop. Het was Birr-Birr die Johan ter hulp kwam, hij is een karavaangids, en dus vijand van karavaanplunderaars. Ooit bood hij zijn diensten aan bij Sid Yoessef, maar deze weigerde zijn hulp. Johan vertelt Birr-Birr dat hij Sid Yoessef verdenkt iets te maken te hebben met de overvallen. Sid Yoessef wil Johan helpen, samen zetten ze koers naar Sid Yoessef’s fort. Terwijl Birr-Birr naar herberg Tscholpan trekt, zal Johan Sid Yoessef bezoeken, en kijken hoe het met Zora is. Johan wordt de toegang tot het fort geweigerd. De wachters zijn echter geen partij voor hem en ze worden hardhandig uit de weg gewerkt. Binnen het fort treft Johan Zora vastgebonden aan. Een blik van het meisje is genoeg om Johan te waarschuwen voor een aanval in de rug. De aanvaller wordt op zijn beurt uitgeschakeld. Zora herinner zich jammer genoeg niets van het gebeurde, Sid Yoessef duikt plots weer op maar blijft zijn onschuld staande houden. Johan besluit dat het tijd is weer te vertrekken, hij kan immers niets bewijzen. Hij weet het paleis uit te komen. Sis Yoessef beseft dat het doden van de ridder voor zijn paleis de woede van de hospitaalridders zou ontketenen, en laat Johan volgen.
Johan zet koers naar de herberg, waar Birr-Birr hem voorstelt aan twee kooplieden, Maleb en Kafar. Hun karavaan vertrekt de volgende morgen naar het Krak, Johan en Birr-Birr besluiten de karavaan te volgen. Johan legt de plannen uit, Zora en Birr-Birr zullen de karavaan volgen, terwijl hij naar het paleis terugkeert om Sid Yoessef te ontmaskeren. Birr-Birr schakelt de achtervolgers uit, zodat zij de stad kunnen verlaten en Johan het paleis binnen kan dringen. Johan slaagt hier vrij snel in, hij schakelt een wacht uit en gaat op zoek naar Sid Yoessef. Een luik verschaft ingang naar een geheime kelderverdieping. Daar treft hij Sid Yoessef en de gemaskerde aan. Johan aanhoort de plannen van de twee. Het drinkwater van de karavaanleden werd vergiftigd, waardoor ze extreme dorst lijden en hallucinaties krijgen. Plots wordt Johan neergeslagen door een wachter die stilletjes naderbij sloop. Wanneer hij bijkomt zit hij in een kerker. Sid Yoessef vertelt hem spottend dat hij de Saracenen helpt door de bevoorrading van de hospitaalridders te verhinderen.
Ondertussen begint het vergif zijn tol te eisen, de karavaanlieden hebben dorst en jagen hun waanbeelden van oases na! Keer op keer rennen ze naar de volgende hallucinatie. Een poging van Birr-Birr en Zora om hen te stoppen levert hen een pak slaag op. Wanhopig wachten ze op Johan.
Deze houdt zich ondertussen voor dood. Dit heeft effect, want zijn bewakers openen de kerker om te zien wat er aan de hand is. Dan slaat Johan toe, en tracht Sid Yoessef te vinden. Deze staat hem echter al op te wachten. Het daaropvolgende duel kent Johan als overwinnaar. Sid Yoessef vertelt met zijn laatste krachten al zijn geheimen. Johan baant zich een weg naar buiten en zet koers naar de karavaan.
Van de karavaan blijft ondertussen niet veel meer over dan wanhopige mensen die aan het einde van hun krachten zitten. De Saracenen onder leiding van Sid Yoessef’s tweelingbroer, Sid Yessoef staan klaar om toe te slaan. Net dan duikt Johan op, hij rijdt op Sid Yessoef af, maar Zora treft hem reeds dodelijk met haar katapult. De overblijvende Saracenen geven zich over, bij het zien van de hospitaalridders die een omsingelende beweging maakten.
De hospitaalridders pakken het grondig aan, ze veroveren het fort van Sid Yoessef zodat alle dreiging uit die hoek verleden tijd is.
Voor Johan rest er geen reden meer om te blijven, hij zet zijn zwerversbestaan voort.

Een redelijk origineel verhaal, met overbekende elementen. Bij momenten moet er te veel informatie op te weinig plaats prijsgegeven worden, wat de vlotheid van het album niet ten goede komt. Verhalen met monnik-ridders zijn meestal van de betere, nu zijn de hospitaalridders aan de beurt, maar hun rol blijft beperkt tot een miniem aantal plaatjes. In schril contrast met eerdere verhalen, waarin de tempeliers meededen. Het tekenwerk is best degelijk, maar de inkleuring schort wat. De personages zijn mooi ingekleurd, maar de achtergronden bij momenten experimenteel. De keuze van het papier kan hier misschien ook iets mee te maken hebben.