Opmerkelijk bij deze steeds terugkerende prent is dat ze vaak gebruikt werd om de ruimte vlak voor iemands slaapkamer of vertrekken te schetsen. We noemen ze dan ook gemakshalve 'De slaapkamerhal'.
Een eerste keer treffen we de bewuste tekening aan in De vluchtelingen. Raszlik is net door een pijl getroffen waarop Aïmara zijn vuurwapen overneemt om de kruisboogschutter een lesje te leren. Haar schot was echter het startsein voor een gewapende bende om in actie te schieten.
Drie albums later vinden we onze slaapkamerhal reeds terug in De duistere bondgenoot: Na het bloedbad dat Nocturno aanrichtte is het graaf Krodax wel duidelijk dat hij zelfs in zijn eigen kasteel niet veilig is voor de demon. Toch vlucht hij nog één maal terug naar zijn burcht om in zijn vertrekken wat kostbaarheden mee te scharrelen vooraleer hij de streek zou verlaten. Een fatale beslissing zo blijkt kort daarop.
Eenzelfde boog met dubbele zuil zien we in Het Dievengilde. De achterliggende trap is echter verdwenen.
Een gerecycleerde boog in De Dame van de Poorten.
In De vesting keert hij gelukkig weer terug, maar dient het geheel dienst als buitendecor.
In De Leeuw van Vlaanderen blijkt het kasteel de tand des tijds minder goed doorstaan te hebben. Hier wordt het concept gebruikt om de ruïne nabij het Vrijbos weer te geven.
Ozias volgt met argusogen hoe een bende krijgers hun intrek nemen in zijn ruïne in Vrykolakas.
In 'Stille Getuigen' blijkt kasteel Craeyensteyn over de zelfde gangen te beschikken. Hier zien we Johan in gesprek met Clothilde, de weduwe van de onlangs overleden graaf Rodrick.
Daarna vervolgen we onze weg in 'De Boeienkoning', waar De Rode Ridder en Ed Odod dood en verderf zaaien in de zelfde hal.
In De Bierkoning wordt Johan gevangen gehouden door Demoniah in een kerker in Leuven. Ze laat twee bewakers achter om hem in bedwang te houden.
Ook Lyonesse is volgens het zelfde bouwplan ontwikkeld. Terwijl Johan Merlijn zijn toverstaf tracht terug te stelen wordt Lancelot, die de gang voor de vertrekken van Merlijns dubbelganger bewaakt, onaangenaam verrast.
Twee albums verder zien we ook in Tintagel de zelfde dubbele zuil en trap in het album Montsalvat. Vermoedelijk bewerkt door Demoniahs zwarte spiegel.
In Het gouden masker zien we plots meer van de onderkant van het tafereel.
In De veldtocht staat een rijzige Merlijn de knappe Anyssa op te wachten wanneer die de lessen van de kapelaan probeert te ontvluchten.
Vermoedelijk kwam de oude tovenaar net zijn kamer uit, want in De Berserkers brengt een gehypnotiseerde torenwacht de heks Walunde naar Merlijns vertrekken en leidt haar recht daarheen.
In Nosferatu heeft Arthurs raadsheer dan weer een onderhoud met Johan en Artmann. Wanneer deze laatste vanuit het raam een vleermuis neerschiet, rent het drietal naar buiten om het geschoten wezen te aanschouwen.
Tot slot verwijzen we nog eens naar het kasteel Craeyensteyn uit Stille getuigen. Tot kort voor Johans komst werd dit gerund door heer Rodrick.
Kan het toeval zijn dat in De rode gezant ook een Rodrick aanwezig is die over de zelfde kasteelinrichting beschikt?