In het laatste plaatje van strook 14 staat twee maal "heft". De eerste maal moet "heeft" zijn.  "Even lijkt het of Johan gelijk heeft ..."
(Dank aan Koen)

Wanneer Johan met Dixit door een schacht kruipt, heeft hij plots geen laarzen meer aan.
(Dank aan David)

In het voorlaatste prentje spreekt Dixit over de blauwe hoogte van de 'grot' (de lucht dus).  Deze is echter -door de opkomende of ondergaande zon?- geel ingekleurd.

Op de voorpagina heeft de rechterhand van Johan maar 4 vingers.
(Dank aan Magic X)

De Rode Ridder wordt met veel geweld aangevallen op de tweede en derde pagina. Hij trekt zijn zwaard en er ontstaat een woest gevecht. Doch op de laatste pagina liggen zijn eigendommen er onaangeroerd bij.
(Dank aan David)

9.3: "voordat ik ze laat zien dat met dit soort wapen de Guldensporenslag ooit is gewonnen."
Het verhaal speelt zich nog af ten tijde van Filips de Schone.  'Ooit' lijkt me hier dan ook een verkeerde woordkeuze.

Johan vraagt in 10.3 "Waarom fluit en sist iedereen behalve onze bewakers en jij, vriend?"
Op het prentje er vlak boven ziet men nochtans dat ook de bewakers fluiten en sissen.

8.3 "Het is dat ik de hel al eens heb bezocht..."
Waarschijnlijk doelt men op 'De boetelingen' of 'Oude vijanden', maar daar was Johan toch nooit zelf bij?  En door de zwarte spiegel keek hij ook al niet...

In 18.4 heeft Mariza één dolk naar Johan geworpen en heeft ze er nog twee in aanslag. Een prent verder staat ze nog steeds met die twee dolken te zwieren en wordt duidelijk van waar ze zo snel haar wapens haalde: 3 schedes die op haar rug gebonden zijn.
Men ziet echter dat en slechts 2 schedes leeg zijn. Zou ze haar derde dolk al teruggestoken hebben? Ze stond nog steeds op een afstand van Johan.
Bovendien heeft ze de dolken in band 56 opnieuw zo opeens bij de hand, terwijl er deze keer niets op haar rug hangt.

Van band 17 tot 26 is geregeld te zien dat Mariza haar kleed langs de rechterkant open is (en niet links. zie 24.3 en 18.4)
In 45.1 is het duidelijk aan de linkerkant open.

De bewaker waarvan Johan de lans ontnam, heeft ze in 44.3 al terug.

Dixit heeft geluk gehad dat hij langs het hek omhoog kon klimmen. Bij de vorige berendans in 14.6 liet men het hek omhoog.

Bekijk de monden eens. Bijna iedereen loopt te fluiten met de mond wagenwijd open.

Een paar foutjes op de kaft:
- Mariza heeft haar dolk al klaar terwijl Johan nog goed aan het vechten is.
- Haar kleed is op dat moment wel rechts open.
- De juwelen op haar kroon zijn niet ingekleurd.
- Het rondje boven haar hoofd, dat aan het krulwerk hangt, is dat geen zegel? Normaal moet die dan toch rood ingekleurd worden?
- Het schild op de achterzijde heeft men anders ingekleurd t.o.v. het vroegere.

In 45.2 valt Mariza op de beer.  Plots heeft haar kleed geen split meer.
(Dank aan Arnak, de Donkere)

Er wordt verteld hoe de circusartiesten indertijd zich door een smalle spleet (die steeds nauwer wordt) in de grot moesten wringen, terwijl ze zich met touwen en al naar beneden hesen.
Hoe kregen ze die beer in de grot?
(Dank aan Magic X)

Johan noemt Dixit reeds bij naam voordat deze zich heeft voorgesteld.
(Dank aan Naamloze Ridder).