Algemene informatie

Tekeningen

Scenario

Uitgiftejaar

1967

Johan is onderweg naar het Nevelland. Het is Koning Arthur ter ore gekomen dat Gorkwin de burchtheer er zijn horigen behandelt als slaven en weigert hun vrijbrieven te ondertekenen. In de nabijheid van de burcht worden een boer en zijn dochter, Wenda, gemolesteerd door twee soldeniers. Zij worden op hun beurt afgerost door de Rode Ridder, die hen zijn komst naar de burcht aankondigt.

Johan besluit te wachten tot de volgende morgen en slaat zijn kamp op in een verlaten toren. Daar maakt hij kennis met Trodamus, een bizarre goochelaar. Daags nadien ontmoet Johan heer Gorkwin en diens zuster Zelma. Gorkwin is niet bereid om zijn horigen hun vrijheid te schenken en de Rode Ridder stuurt aan op een duel. Tijdens het gevecht doet Trodamus zijn intrede in de burcht. Gorkwin moet het onderspit delven en is gedwongen de vrijbrieven van alle boeren te tekenen waarop Johan terugkeert naar Camelot. Trodamus gooit het op een akkoordje met Zelma, die met het vertrek van de boeren ook haar inkomsten ziet verdwijnen. Zelma stuurt Gorkwin naar Trodamus om te ontdekken hoe hij zijn macht over de boeren kan behouden.

Trodamus toont twee houten poppen, een koe en een beeltenis van Zelma. Hij splijt de koe in tweeen prikt de Zelma-pop in de hand. Op de terugweg naar zijn burcht ziet Gorkwin een gezin rond een dode koe. Gorkwin begint te geloven in de krachten van de tovenaar en vertelt de boeren zich die nacht te begeven naar de vervallen toren, alwaar de tovenaar zijn bedoelingen kenbaar zal maken. Op de koop toe heeft Zelma zich bezeerd aan de hand omwille van een scherf.

Die avond gooit Trodamus voor de ogen van de verzamelde boeren een houten hoeve in het vuur en tegelijk gaat één van de boerderijen in vlammen op. De boeren kunnen verder onheil voorkomen door, net als voorheen, de oogsten af te leveren aan de burchtheer. Op zijn weg terug naar Camelot moet Johan halt houden vanwege een blessure aan het been van zijn paard. Hij besluit om te voet terug te keren naar het Nevelland ter kontrole. Aan de voet van de torenruïne stuit Johan op Trodamus die net een schatting ontvangt van de boeren. De ridder wil Trodamus ontmaskeren als een handige schavuit en daagt hem uit om een pop te maken met de beeltenis van Johan en daarop zijn macht te laten gelden. De tovenaar snijdt het beeldje en splijt het doormidden, Johan valt voor dood neer.

De boeren zijn nu nog meer overtuigd van de duivelse krachten van de tovenaar en vluchten naar huis. De ridder is echter niet dood, doch bewusteloos gemept door de handlangers van Trodamus. Wenda, de boerendochter ziet hoe ze tevoorschijn komen uit het struikgewas, één van hen met de slinger nog in de hand. Zij zal proberen de boeren te overtuigen om Johan te bevrijden en Trodamus en zijn handlangers te verjagen. Intussen groeit de voorraad van de burcht stevig aan en Trodamus wil meer goudstukken als beloning. Maar ook Zelma wil haar deel, dus eist ze de helft van Gorkwin's verborgen geldkist.

Wenda krijgt geen hulp van de doodsbange boeren en keert terug naar de gevangen ridder met voedsel en materiaal om te ontsnappen. Nadat ze alles heeft afgegeven wordt ze gevangen genomen en opgesloten in een ander deel van de ruïnes. De Roder Ridder ontsnapt. Op het kasteel ontstaat een flinke ruzie tussen Zelma en haar broer. Gorkwin sluit haar op in haar kamer, van waaruit zij ontsnapt via de slotgracht. Ze gaat naar Trodamus en vraagt hem de boeren op te ruien tegen Gorkwin om hem zo zijn geld afhandig te maken.

Trodamus denkt de zaak volledig te kontroleren en heeft Zelma niet meer nodig om zijn zakken te vullen. De vrouwe van het Nevelland informeert de boeren maar wordt gedood via de eerder beproefde slinger methode vanuit het struikgewas. De Rode Ridder verschijnt echter ten tonele en de handlangers worden ontmaskerd. Het komt tot een massaal gevecht waarbij Trodamus Wenda gebruikt om te kunnen vluchten naar de burcht. Trodamus wil Gorkwin nog meer afpersen en ze geraken slaags. De soldeniers ontzetten hun heer en Trodamus laat hierbij het leven.

Intussen staan de boeren en de Rode Ridder voor de poorten om een eind te stellen aan de valse praktijken van de burchtheer. Ze moeten echter afdruipen onder de bedreiging dat Wenda het met haar leven moet bekopen. Johan geraakt echter op zijn eentje in de burcht en kan Wenda bevrijden. Het meisje moet een vuur ontsteken op één van de torens ten teken dat de boeren hun aanval mogen inzetten, ze wordt hierbij geraakt door een pijl, maar overleeft. Johan slaagt er maar net in om de valbrug te laten zakken alvorens de hele zaak mislukt. Eens de boeren binnen de muren zijn is het pleit snel beslecht en kan de Rode Ridder terug naar Camelot.

Een verhaal dat bol staat van hebzucht en oplichterij. Het is voor de Rode Ridder en de lezer heel snel duidelijk wat hier aan de hand is. Zijn tussenkomst is echter te voorbarig en zo verdwijnt hij voor een poos uit de cirkulatie. Het is dan eigenlijk de onderlinge rivaliteit tussen de protagonisten van het verhaal die de beslissende rol speelt. Ze schakelen als het ware elkaar uit.

Het scenario vertoont geen echte zwakke punten maar is ook geen uitschieter.