- Details
- Geschreven door Cornelis
Algemene informatie
Tekeningen
Scenario
Inkleuring
Uitgiftedatum
6/1988
Samenvatting
Tijdens een van zijn zwerftochten doorkruist Johan een bergachtige woestijn, het gebied van de Abbyss. Dorstig van de hitte houdt hij halt aan een meertje. Al snel komt het lugubere oord tot leven… In verhoogde staat van paraatheid trekt Johan zijn zwaard en bindt de strijd aan met enkele aanvallende wurgplanten. Na een felle strijd geven de gedrochten het op en trekt Johan verbaasd verder. In het gebergte valt hij in een hinderlaag van, de Amazones. Net wanneer de knappe Sigrid wil toeslaan komt Naomi tussenbeide. Zij heeft het gevecht tussen Johan en de wurgplanten gezien en weet dat de ridder hun gebied met goede bedoelingen betreden heeft. Johan ontwaakt temidden van de Amazones in hun verborgen schuilplaats. Hij maakt er kennis met de vrouwen van de stam der Jarnaï’s, wiens mannen zich in de tempel van Medusa bevinden. Zij vormen de katalysator voor een continue stroom van menselijke offers. Geprikkeld door het onrecht dat Medusa de Jarnaï’s aandoet besluit Johan een einde te maken aan diens terreurheerschappij. Onverschrokken gaat hij op pad, vergezeld door Sigrid, Naomi en hun gids Yakki. Het avontuur kan beginnen…
In Medusa trekt Karel Biddeloo alle registers open. Als er al gesproken kan worden van een toppunt binnen zijn fantasy-kunnen, dan komt Medusa aardig in de buurt. Als een volleerd fantast creëert hij zijn eigen mythe rond Medusa, die weinig vergelijkingen vertoont met de Griekse mythologische figuur die we kennen uit onze geschiedenis. Biddeloo’s Medusa is het resultaat van experimenten, uitgevoerd door de voorouders van de Jarnaï’s. Medusa benadrukt dat deze gebeurtenissen plaatsvonden voor de zondvloed. Dit laat ons achter met enkele mogelijkheden. Of Medusa werd gecreëerd door de Atlantiërs, of de Mesopotamiërs en hun legendarische Gilgamesj zaten er voor iets tussen. Beide beschavingen zijn makkelijk te linken aan buitenaardse intelligentie, wat het sci-fi masker van Medusa alleszinds kan verklaren.
Yakki, dat kleine vervelende figuurtje, speelt in tegenstelling tot zijn gewoonte een vrij belangrijke rol. Het is zijn toverstaf die als deus ex machina ten tonele gevoerd zal worden, wat uiteindelijk het einde van Medusa betekent. Dit op zich is al een bewonderenswaardige rol. Waar we echter van genoten hebben is de grappige ondertoon die Yakki in dit toch wel erg duistere verhaal brengt.
Als de scenarist van een volleerde B-film knoopt Biddeloo hier het ene horror moment aan het andere. Bij wijze van climax hebben we uitzonderlijk genoten van de mummies van de hogepriesters en priesteressen. Wanneer zij tot leven komen is het hel op aarde!
Het is een mirakel dat Johan steeds zo ijzig koel en kalm blijft onder deze omstandigheden. Daarbij is hij ook nooit verlegen om een treffende one-liner. Een van zijn beste krijgen we in dit verhaal te lezen. Terwijl hij Yakki stevig vasthoudt zegt hij doodserieus… “geen apestreken, of ik snij je eigenhandig je beide oren af!”.
En jawel… De knappe Sigrid hangt aan Johan’s lippen… weeral een hartje gebroken…